Prats, Etienne / Esteban
Secretaris in de Geheime Raad
Barcelona, 1514 – Catalonië?, na 1577?
Biografie
Esteban Prats was een dienaar van de koning uit Catalonië.
Sinds 1533 was hij in dienst van Karel V, eerst in Spanje, daarna in Italië. In
1553 kwam hij als secretaris naar de Nederlanden, eerst verantwoordelijk voor de
Spaanse en Italiaanse correspondentie, daarna als secretaris van de Geheime
Raad. Tijdens het bewind van Alva maakte deze hem tevens secretaris van de Raad
van Beroerten. In die functie was hij o.a. getuige bij de verhoren van
Egmond en
Hornes. Prats behoorde tot de informanten van
Antonio Perez en kardinaal Granvelle,
die zijn brieven regelmatig doorzonden aan koning Filips II. Soms schreef hij
ook rechtstreeks aan de koning. Prats had van Oranje het verwijt te horen
gekregen dat deze zich zwartgemaakt voelde aan het hof, door beweringen als zou
hij het katholieke geloof weinig zijn toegedaan. In een brief van 30 juli 1567
deelde Prats mee dat hij al 34 jaar dienst deed en slecht beloond werd, en dat
hij als Spanjaard door iedereen werd gehaat. Op 30 november 1572 adviseerde hij
de koning dat het gebruiken van geweld geen mogelijkheid was om de strijd te
beëindigen, gezien het maritieme overwicht van de rebellen. Regelmatig hekelde
hij het wangedrag van de Spaanse troepen in de Nederlanden, en niemand kon het
beter weten dan hij – zo schreef hij – omdat hij als jurist met de criminele
zaken was belast. Op 14 maart 1574 verzocht hij de koning om een abdij in
Catalonië, zijn vaderland, of een regulier inkomen. In maart 1572 was zijn vrouw
overleden en nu dacht hij erover voor de geestelijke stand te kiezen. In deze
brief noemde hij zich 60 jaar oud, 41 jaar in dienst van keizer en koning, en
sinds 21 jaar secretaris in de Nederlanden.
De nieuwe
landvoogd Requesens deed veel zelf af: Morillon
berichtte aan Granvelle op 1 juni 1574 dat Requesens meer in zijn eentje schreef
dan zijn vier Spaanse secretarissen samen. Van dezen leek Prats aan invloed
verloren te hebben, terwijl een van diens bedienden, die een beetje gebocheld
was, meer krediet bij Requesens scheen te hebben dan zijn meester. Na het
overlijden van Requesens verklaarde Prats tegenover Morillon dat Requesens niets
had gedaan tenzij op uitdrukkelijk bevel van de koning en dat de koning
Requesens had opgedragen de politiek van Alva voort te zetten. Aan de
staatsgreep van september 1576 wist Prats te ontsnappen door zichzelf
‘onzichtbaar’ te maken. Op 26 oktober 1576 meldt Morillon echter dat Prats toch
was gevangengenomen, maar geruild tegen zijn oom Tserclaes. Voor de laatste maal
fungeert Prats in de gepubliceerde correspondentie van Granvelle in een brief
aan deze van Morillon van 22 april 1577. Er is dan sprake van dat de
Staten-Generaal hem als buitenlander het land willen wijzen. Vermoedelijk is dit
ook gebeurd en is Prats via de Franche-Comté – het scheen dat hij in
correspondentie stond met Vergy, de gouverneur van het Vrijgraafschap – en via
Italië naar Catalonië teruggekeerd.
Anton van der Lem
Literatuur
Prats ontbreekt in de Belgische en Nederlandse biografische
woordenboeken
Baelde, Collaterale raden, p. 298-299
Louis Prosper Gachard ed., Correspondance de Philippe
II sur les affaire des Pays-Bas (5 tom., Bruxelles 1848-1879) I, cxcviii,
cc, cciii, 393, 509, 511-514, 526, 528, 558, 623, 643-644, 646; II, 299,
351-352, 662, 685, 736-737; III, 39; V, 419-421.
Edmond Poullet ed., Correspondance du cardinal de
Granvelle, 1565-1586 (12 dln., Bruxelles, 1877-1896) I, 45: BCRH, 2e
série, t. 1er, p. 135; Nobiliaire des Pays-Bas; II, 51, 261, 406; III, 5, 78,
96, 125, 181; IV, 459, 520 > Copia de una carta original del secretario Estevan
Prats, sobre los medios de que S.M. deberia valerse para atajor la religion des
los Paises Bajos, in: Lafuente, Historia de España, t. XIII, p. 539; en op pag.
545: Segun dos advertimiendos sobra cosas de Flandes, dados por don Frances
Alava; V, 35, 103, 360, 363, 367; VI, 32, 122, 146, 205;