Je maintiendrai
Frans. Vertaling: Ik zal handhaven
In 1544 erfde de jonge graaf Willem van Nassau de bezittingen van zijn achterneef René
van Chalons, waaronder het prinsdom Oranje. Het geslacht Chalons voerde als wapenspreuk:
`Je maintiendrai Chalons'. Prins Willem van Oranje, zoals hij zich na de erfenis mocht
noemen, nam dit devies over, maar verving Chalons door Nassau: `Je maintiendrai Nassau'.
Dat wil zoveel zeggen als: ik zal mijn huis Nassau handhaven, ik zal opkomen voor de
rechten van mijn geslacht. Op verschillende afbeeldingen van de prins is dit devies ook
vermeld.
Herhaaldelijk gebruikte Oranje het devies in een ruimere betekenis. Zo schreef hij in
een brief uit 1562:
Je maintiendrai la vertu et noblesse
Je maintiendrai de mon nom la haultesse
Je maintiendrai l'honneur, la foy, la loi
De Dieu, du Roy, de mes amis et moy
Ik zal handhaven de deugd en adeldom
Ik zal handhaven de hoogheid van mijn naam
Ik zal handhaven de eer, het geloof en de wet van God, van de Koning, van mijn vrienden en
mij.
Het slot van de Apologie van prins Willem van Oranje eindigt eveneens met
deze spreuk. In later jaren liet hij het `Nassau' helemaal weg, en werd de spreuk eenvoudig `Je
maintiendrai'. De nakomelingen van de prins hielden deze spreuk ook, ook als ze
zelf een eigen wapenspreuk voerden. De
geschutgieterij van de Staten van Holland goot sinds 1590 per jaar 24 bronzen
kanonnen, voorzien van dezelfde spreuk. Sinds 1813 is het de wapenspreuk van
Nederland en komt het dus overal voor waar het rijkswapen is afgebeeld, of het
nu op briefpapier is of op de rijkspontveren over het Noordzeekanaal.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog publiceerde L. de Jong in ballingschap in
Londen vier delen over de nazi-tirannie in Nederland onder de titel Je
maintiendrai (4 dln., Londen: The Netherland Publishing Company, 1941-1944).