Vrijheidshoed
De vrijheidshoed is een zinnebeeldige voorstelling die op tal van manieren
voorkomt. Het zinnebeeld gaat terug op de klassieke oudheid, waar Cicero al
meldde dat de vrijgelaten of vrijgekochte slaaf als teken van zijn vrijheid een
hoed mocht dragen.
Dat zinnebeeld werd door de Nederlandse opstandelingen overgenomen: in gravures
(bijvoorbeeld titelpagina's van boeken over de vrijheidsstrijd), maar ook
in beeldhouwwerk of glasschilderkunst. Een van
de vier zinnebeeldige figuren op de hoeken van het grafmonument van prins Willem van
Oranje in de Nieuwe Kerk te Delft, draagt een hoed met opschrift `Aurea Libertas'.
Dikwijls prijkt de hoed op een speer of lans. In de Oude of St.
Nicolaaskerk te Amsterdam geeft een van de gebrandschilderde ramen een voorstelling van de
Vrede van Munster. Zittend op een troon, boven aan een trap, verleent de koning van
Spanje, Filips IV, het vredesverdrag aan de vele treden onder hem staande Nederlandse
burgers. Deze zijn dus op een lager niveau afgebeeld dan de vorst. In hun handen houden
zij echter een lans met bovenin de vrijheidshoed. Het is van symbolische betekenis dat
deze hoed ook boven de koning uit torent: de burgerlijke vrijheid staat hoger dan de macht
van keizers en koningen.